De zoötechnische aspecten van loopstallen voor paarden

Zeist, mei 1998

Aan het eind van het vierde studiejaar realiseerde ik me dat het tijd werd een om scriptie-onderwerp te zoeken. Al gauw bedacht ik dat het "iets met paarden" moest worden. Uit nostalgie, want de ambitie om dierenarts te worden is lang geleden geboren, ergens tussen de paarden. Met "paarden" kun je alle kanten op. Ik sloeg de zijstraat zoötechniek in, en klopte aan bij Frank van Eerdenburg, docent huisvesting en verzorging. Die stelde het onderwerp "de zoötechnische aspecten van loopstallen voor paarden" voor. Een schot in de roos.

Vol enthousiasme ging ik aan de slag, en alles verliep voorspoedig. Zelfs zo voorspoedig dat de omvang van het project een beetje uit de hand begon te lopen. Daardoor heb ik de einddatum die ik voor ogen had, de begindatum van mijn co-schappen, bij lange na niet gehaald. De co-schappen hebben mij de afgelopen 17 maanden zo druk bezet dat ik nauwelijks nog tijd over had om mijn scriptie af te ronden.

Nu, twee jaar, honderden kilometers, de nodige filmrolletjes en emmers vol bloed, zweet en tranen verder, ligt hij dan toch voor u. Hoewel ik er tot op het laatste moment met plezier aan gewerkt heb, is er een last van mijn schouders gevallen. Ik hoop met deze scriptie een bijdrage te hebben geleverd aan het inzicht in het functioneren van loopstallen voor paarden. Misschien kan mijn noeste arbeid in de toekomst dienen als uitgangspunt voor diepgaander onderzoek, of kunnen paardenhouders, die overwegen een loopstal te bouwen of verbouwen, er ideeën uit opdoen.

Aan het onderzoek waarvan deze scriptie het resultaat is, hebben 23 paardenhouders geheel belangeloos hun medewerking verleend. Graag wil ik hen op deze plaats bedanken voor "het kijkje in de keuken" dat zij mij gunden, en de tijd die ze hebben uitgetrokken om al mijn vragen te beantwoorden. Mijn begeleider Frank van Eerdenburg wil ik bedanken voor het geduld waarmee hij op dit werk heeft gewacht, en het feit dat ik op ieder willekeurig moment zijn kamer kon binnenvallen om iets te zeggen of te vragen. Verder wil ik bedanken:

  • mijn vader, Ton Moll, die mij naar 16 bedrijven heeft gereden en op die bedrijven de foto’s heeft gemaakt;
  • Hedwig Uijlen en Mariëlle Vernooy voor de keren dat zij mee zijn geweest "de boer op"
  • en, last but not least, mijn vriend, Jasper Huijsmans, voor alle tijd en moeite die hij heeft geïnvesteerd om mij wegwijs te maken op de computer, en voor het scannen en het printen van de afbeeldingen en foto's.

Waarschijnlijk kost het lezen van deze scriptie u iets minder tijd dan ik nodig had voor het schrijven. Hopelijk beleeft u er wel net zo veel plezier aan.

Janine Moll

« vorige | volgende »